In de jaargang 1903-1904 wordt maandelijks een auteursportret meegezonden met De Hollandsche Lelie. In het hoofdartikel van het betreffende nummer gaat een letterkundige dieper in op het leven en werk van de betreffende persoon.

Frans Netscher schrijft dat Top Naeff meteen met haar eerste boek Schoolidillen veel succes heeft. Dat komt onder meer door ‘de eenvoud, de zuiverheid van sentiment en het realisme in personen en situaties. Die eigenschappen gelden ook voor haar volgende boeken, volgens  Netscher ‘eerlijk werk, gaaf werk’. Hij waarschuwt haar wel dat ze niet moet gaan proberen haar zinsbouw ‘mooi’ en ‘modern’ te maken, want voor woordkunstenares is ze volgens hem niet in de wieg gelegd. “Deze pogingen détoneeren in haar werk, waarvan de groote bekoorlijkheid juist ligt in de eenvoud, de zuiverheid en het realisme. En wanneer zij haar verdere werk zóó in die eigenschappen houdt, dan is dat reeds meer dan voldoende om haar een toekomst te verzekeren. Laat ze dáár tevreden mee wezen. En dat kàn ze.”

Top Naeff

Top Naeff (5 augustus 1903)

In 1904 is Ina Boudier-Bakker nog een jonge, veelbelovende schrijfster. In een paar jaar heeft zij haar naam al gevestigd en ze wordt door J.H. Rössing dan ook zeer positief besproken. “Mevrouw Boudier-Bakker staat met haar drama, met haar novellen en met haar romans in het leven, in de waarheid van het leven, en… er boven. Zij hoort en ziet scherp; zij neemt waar wat anderen verborgen blijft.” Pas in 1930 zou haar beroemdste roman, De klop op de deur, verschijnen.

Ina Boudier-Bakker

Ina Boudier-Bakker (3 februari 1904)

Ook komt de hoofdredactrice van De Hollandsche Lelie van dat moment, Anna de Savornin Lohman, zelf aan bod. Zij meent echter dat het niet gepast is dat er over haar ook een uitgebreid artikel verschijnt:

“Zooals de lezers weten, plegen de portretten van auteurs, welke sinds den nieuwen Jaargang elke maand geregeld in de Lelie worden opgenomen, vergezeld te gaan van bijschriften over hen, van de hand van andere letterkundigen. Ik heb gemeend aan het verlangen van den uitgever, dat ook mijn portret zou worden opgenomen, te moeten gevolg geven, waar dit verlangen strookte met den wensch die zoovelen mijner correspondenten mij hunnerzijds te kennen gaven.

Daarentegen vind ik het beslist-onkiesch in een Blad dat onder mijn eigen-redactie staat een bijschrift over mij-zelve te doen plaatsen, van welke hand ook, dat onder deze omstandigheden, in dit bijzonder geval, uit den aard der zaak, min of meer een loftuiting zou worden op mijn werk of persoon. – Om die reden ontbreekt, op mijn beslist verlangen, het gebruikelijke bijschrift.”

Anna de Savornin Lohman

Anna de Savornin Lohman (2 december 1903)

 

 

Anna de Savornin Lohman Ina Boudier-Bakker literatuur portretten Top Naeff