Achter op De Hollandsche Lelie van 11 oktober 1893 staat een advertentie voor Een Lent van Vaerzen, van Louis Couperus, uitgever L.J. Veen. Daarboven lezen we dat bij dezelfde uitgever Het portret van Dorian Gray van Oscar Wilde is verschenen, vertaald door Mevrouw Louis Couperus.

Advertentiepagina 11 oktober 1893

Advertentiepagina 11 oktober 1893

Wie was deze Mevrouw Louis Couperus? Zij werd geboren als Elisabeth Baud en kwam als vijftienjarige na de dood van haar vader vanuit Indië naar Den Haag, waar ze bij haar grootouders ging wonen. In 1891 trouwde ze met Louis Couperus. Elsbeth Etty schrijft hierover: “Nog voordat er ook maar in de verste verte sprake was van het tegenwoordige homohuwelijk werd over Louis Couperus al de grap gemaakt dat hij getrouwd was `met een nicht’. Daar was geen woord aan gelogen. Elisabeth Baud, de echtgenote van Nederlands grootste romancier, was familie: haar beide grootmoeders waren zusters van Couperus’ vader. Ze trouwden in september 1891. Louis was 28 jaar oud en Betty – zoals ze genoemd werd – bijna 24. Het huwelijk baarde opzien, want als er iemand in Den Haag rondliep die overduidelijk homoseksueel was, dan was het de schrijver van Eline Vere.”

Haar leven lijkt volledig in dienst te hebben gestaan van haar beroemde echtgenoot. Ze reisde met hem door Europa en de wereld, verzorgde zijn correspondentie en werkte zijn handschriften uit. Haar wens om zelf schrijfster te worden zette ze al snel in de ijskast, wel maakte ze veel vertalingen (ze beheerste het Frans, Duits, Engels, Spaans en Italiaans) en later ook toneelbewerkingen van het werk van haar man.

Al op 25-jarige leeftijd maakte ze haar vertaaldebuut met Dorian Gray, meteen een geruchtmakend boek. Louis Couperus had het rechtstreeks van Oscar Wilde ontvangen en Elisabeth was er erg van onder de indruk. Binnen korte tijd verschenen van haar vertaling meerdere drukken.

Ondanks haar wat zwakke gezondheid overleefde ze haar man 37 jaar. Ze was erevoorzitter van het Louis Couperus Genootschap en nam in 1952 het eerste deel van de Verzamelde Werken van Louis Couperus in ontvangst. Over de laatste jaren van haar leven schrijft Elsbeth Etty: “In 1904 had Couperus alle rechten op zijn boeken aan Veen verkocht, met als gevolg dat Elisabeth daar als weduwe geen royalties over kreeg. Albert Vogel heeft beschreven hoe zij eind jaren vijftig als stokoude vrouw op de première van een van zijn Couperusvoordrachten arriveerde: in een bontje `dat heel erg naar mottenballen stonk’. Duidelijk een geval van `grandeur dechue’ en hoe vaak had Couperus niet over vergane glorie geschreven.” In 1960 overleed ze, 92 jaar oud.

In 2001 was in het Louis Couperus Museum de tentoonstelling ‘Elisabeth Couperus-Baud, de vrouw achter de schrijver’ te zien, zie o.a. dit artikel. Zij heeft ook een eigen Wikipedia-pagina, waarop naast de opmerking “Elisabeth Baud was volgens beschrijvingen van tijdgenoten opvallend lelijk en heel erg scheel” ook nog wat meer inhoudelijke informatie te vinden is. 

 

 

advertentie Elisabeth Couperus-Baud literatuur Louis Couperus vertaling