Afgelopen week was ik in het Hortamuseum in Brussel. Dat is gevestigd in het huis en atelier van architect Victor Horta (1861-1947). Deze gebouwen werden door hem opgetrokken tussen 1898 en 1901, op het hoogtepunt van de art nouveau. Veel van het prachtige interieur bleef bewaard; het is daarnaast aangevuld met spullen uit andere huizen die hij ontwierp. Je mocht binnen niet fotograferen, dus ik heb alleen een foto van de voorkant gemaakt en wat ansichtkaarten gekocht.
Horta was rond 1900 één van de belangrijkste ontwerpers van de nieuwe stijl’ (art nouveau of jugendstil, mijn favoriete kunststroming). In die periode was men op zoek naar meer verbinding met de natuur, in reactie op de alomtegenwoordige industrie. Je vindt deze stijl ook terug in andere toegepaste kunstvormen, zoals meubels, glaswerk, affiches en bijvoorbeeld de boekbanden en het binnenwerk van De Hollandsche Lelie. Kenmerken zijn onder meer de golvende lijnen, natuurmotieven, de aandacht voor sierlijke details en – in de architectuur – de vernieuwende combinatie van ijzer en glas. Horta heeft een hele serie gebouwen op zijn naam staan, waaronder herenhuizen, hotels, het Paleis voor Schone Kunsten en het Centraal Station van Brussel.
Daarna ging ik nog even naar Maison Hannon, daar vlakbij, ook een meesterwerk van de art nouveau. Het is in 1902 ontworpen voor het echtpaar Marie Debard en Édouard Hannon, door hun vriend de architect Jules Brunfaut. Eén van de inspiratiebronnen was het woonhuis van Horta.
